‘Mag ik een bureaulamp a.u.b.?’

‘Mag ik een bureaulamp a.u.b.?’

Dim het omgevingslicht en zet gewoon op iedere werkplek een bureaulamp neer. Dat is de oproep van Henk Smit van Smart WorkPlace partner Humanscale. In onderstaande blog legt hij uit waarom.

Licht heeft een diepgaand effect op hoe mensen zich voelen. Verlichting speelt daarom een belangrijke rol bij het creëren van een aangename en gezonde werkomgeving. Het stuurt natuurlijke bioritmen, beïnvloedt stemmingen en schept een gevoel van welbevinden. Goede verlichting maakt het verschil tussen wel of geen hoofdpijn krijgen, vermoeidheid of alertheid, futloos of productief zijn. Uiteraard is daglicht een belangrijk ingrediënt, maar daglicht alleen is in de meeste kantoren niet voldoende, zodat er ook kunstlicht nodig is.

Nu zijn kantoren al snel over-verlicht. In ruimtes waar kantoortaken worden verricht worden namelijk armaturen geïnstalleerd die een minimale verlichtingssterkte genereren van 500 lux. Minimaal 500 lux…, dat is echt behoorlijk wat licht. Die 500 lux norm is namelijk gebaseerd op het lezen van papieren documenten, terwijl voor het lezen vanaf papier 4 tot 5 keer meer licht nodig is dan voor het lezen vanaf een beeldscherm. Maar wie doet dat nog? Wie werkt er op kantoor niet primair op een beeldscherm? Lezen vanaf een beeldscherm is prettiger met iets meer contrast, dus juist met minder omgevingslicht. Daar zit je dan dus de hele dag op kantoor in dat felle licht te knijpen, als een konijntje in het licht van een koplamp.

Voor werknemers van boven de 40 jaar neemt de behoefte aan meer licht en een groter contrast nog eens substantieel toe. Hoe om te gaan met dit dilemma? Het antwoord is simpel: dim het omgevingslicht en zet gewoon op iedere werkplek een bureaulamp neer. Dan kan iedere kantoortijger op de uniforme flexplek de gewenste hoeveelheid licht zelf bepalen. Ik zie alleen nooit bureaulampen op een kantoor. Op zo’n eeuwige Tolomeo na die vooral als decoratie lijkt te dienen.

Een bureaulamp – in het kantoorinrichtersjargon ook wel ‘individueel verstelbare werkplekverlichting’ genoemd – is dus een heel goed idee. Het licht wordt precies daar gebracht waar het nodig is, namelijk op het papieren concept en op het toetsenbord. Waarbij het licht door de medewerker ook nog zelf kan worden gedimd als dat als prettiger wordt ervaren. Heeft de kantoorwerker eindelijk weer eens zelf iets in de hand. Moderne LED-bureaulampen verbruiken een minimale hoeveelheid stroom en beschikken daarnaast ook nog eens over aanwezigheidssensoren zodat ze vanzelf uitgaan als er geen activiteit op de werkplek is.

En er is meer. Al brengt de bureaulamp het licht precies daar waar het nodig is, toch blijft omgevingsverlichting nodig om grote contrasten te voorkomen. Maar het kan wel aanzienlijk worden gedimd. Van de genoemde 500 lux tot al snel 250 tot 300 lux. Met een substantiële besparing op de energierekening tot gevolg. Werkplekverlichting is zo ergonomisch én duurzaam en ook nog eens goedkoper.

Delen: Twitter LinkedIn Facebook

permalink

Naar het overzicht

Terug naar boven